Familie Lazarus tijdens het nationaal-socialisme

Boycot en disenfranchisement

Sinds de machtsovername door de nationaal-socialisten kwam ook de familie Lazarus toenemend in economische moeilijkheden. Net als andere Joodse winkels en bedrijven werd in april 1933 ook de familie Lazarus slachtoffer van gerichte boycot-acties. 

    En de leraar, die mij bijles gaf in wiskunde, die heette Walter Pannemann. Die kwam bij ons thuis, gaf mij les. Mijn moeder gaf hem – ik weet niet, hoeveel hij kreeg. En altijd een liter melk. Wij hadden immers melk, koeien in de stal. Die zat later bij de Hitlerjugend. In looppas bleven ze bij ons voor het huis staan: „Jood verrek!“ Op iedere straathoek: „Duitsers, koop niet bij Joden!“, „Joden eruit“ (…) Die man was dat. Die mij les heeft gegeven. Die onze melk heeft gedronken.       
– Jan Lawrence  
 

Vanaf oktober 1938 was het voor Samuel niet meer mogelijk zijn veehandel verder te bedrijven, aangezien hem zijn „Wandergewerbeschein“ werd afgenomen. De familie was hierdoor op hun spaargeld aangewezen.

Schreiben von Samuel Lazarus an das Innenministerium, 1935
Brief van Samuel Lazarus aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken in 1935

 Invordering van de „Wandergewerbeschein“ van Samuel Lazarus in 1938

Vlucht en emigratie

Paul Lazarus, de jongste broer van Rosa en Samuel, werd vanwege een relatie met een niet-Joodse vrouw door de Gestapo bedreigd. Hij emigreerde als Nederlands staatsburger begin september 1935 naar Winschoten in Nederland.
Rosa bezat in tegenstelling tot haar broers niet de Nederlandse nationaliteit. Zij vluchtte in 1936 naar Bellingwolde, een Nederlandse plaats in het grensgebied, waar familie woonde. In 1937 werd ze als Nederlandse ingeburgerd. Eind van de 1930er jaren leefde zij vermoedelijk weer op de hoeve van haar inmiddels overleden ouders in Stapelmoor, die nu de vroegere beheerder op pacht de boerderij exploiteerde.
In 1938 emigreerde ook Rosa’s broer Simon naar Hoogeveen in Nederland en Samuels zoon Jan belandde met een kindertransport naar Engeland.

Paul LazarusEinbürgerung von Rosa in die Niederlande, 1937Testamenteröffnung durch Rosa Lazarus, 1938Jan Lazarus

Van de Donnerschweer Straße naar Hamburg

Samuel Lazarus was gedwongen zijn huis aan de am Damm te verkopen, echter werd de opbrengst door de Nazis ingehouden. In maart 1938 verhuisde de familie naar het huis van de zwager Jakobs in de Donnerschweer Straße 120.

Aufnahme aus dem Garten der Donnerschweer Straße 120Gerda und ihre Schwester Netty Vogel (geb. Jakobs), wenige Tage vor ihrer Emigration nach Chile am 1.7. 1939Netty Vogel, im Hintergrund das gegenüberliegende Restaurant „Bräustübl“ an der Donnerschweer Straße sowie die Mauer der Margarinefabrik und Lebensmittelgroßhandel Anton J. BeckerIn der Mitte Gerda mit Nichte Susi (links) und Tochter Ilse, 1939Gerda mit Tochter Ilse

In mei 1940 ging Samuel met zijn vrouw Greta en Ilse bij gebrek aan andere mogelijkheden naar Hamburg en richtte zich tot met de plaatselijke Joodse gemeente. Daar leefden ze in verschillende „Judenhäusern“, op het laatst aan de Försterweg 43 in Stellingen.
Samuel Lazarus was er in deze tijd mee bezig doodskisten voor leden van de Joodse gemeende te maken. Op basis van zijn inzet in de Eerste Wereldoorlog lukt het hem meermaals de deportatie van zijn familie uit te stellen.

  =>